Zonnevlek

guur

Zij die afgunst koesteren zouden ze graag willen opwekken. Comtesse Diane de Beausacq (1829-1899)

Voor komend weekeinde moesten er logistieke afspraken worden gemaakt. Dus belde ik Broer. Goedgeluimd nam hij op.

“Heej broertje!” straalde hij. “Hoe is ’t?”

“Euh.” aarzelde ik, een beetje overrompeld door zijn enthousiasme. “Hoe zou het zijn?”

Ik keek door het raam de grijze wereld in.

“Het is koud en guur en ik word daar niet vrolijk van.”

“Echt?” jubelde Broer bekant. “Vertel: hoe koud en guur?” Het was even stil aan mijn kant van de lijn.

“Wacht es even.” ging me toen een licht op. “Waar zit jij eigenlijk?”

“In Monte Carlo!” juichte hij. “De hele dag zon en achttien graden!”

[Dat was het einde van de gemene plichtplegingen. Snel kwam ik terzake. Hier zal ook vast de zon nog wel es schijnen.]

Standaard

4 gedachten over “Zonnevlek

  1. Kan je me een seintje geven als je broer weer onze Belgische wegen onveilig maakt. Dan weet ik alvast welke wegen te vermijden 🙂

    {Mowl: we houden ons daar liefst verre van.}

  2. Als je in Monte Carlo niets beters te doen hebben dan je familie bellen, moet het wel heel saai zijn? (iets wat je kan zeggen als ie straks weer terug is en loopt op te scheppen over zijn vakantie)

    {Mowl: ik ben bang dat ik hem belde. Hij had wel wat beters te doen.}

Zeg het eens.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.