We liepen het park in, Brrrr en ik. Eendjesvoeren.
Waar hij altijd zat, zat nu ook weer de zwerver. Zoals elke dag. Zijn bezittingen in een plastic zak, een blikje bier onder handbereik. Het vertrouwde beeld.
Maar anders dan anders stond hij ineens op toen wij langsliepen. Hij trok zijn kleren recht en gorgelde wat.
“Hallo!” riep hij plotseling brommend. Hij vermeed ons daarbij aan te kijken. Met het resultaat leek ie nog niet helemaal tevreden. Gelaten ging hij weer zitten.
[Verschrikt deden we een stap opzij. De zwerver gromde nog wat toen we doorliepen, mekaar stevig vasthoudend. Jakkes. Hij zal toch geen gedragscursus hebben gehad?]
Mijn hemel. Wat eng.
{Mowl: vertel mij wat.}
Misschien eist het CWI dat hij zich vriendelijk gedraagt om zijn uitkering te mogen behouden.
{Mowl: het wordt ook steeds lastiger om uitschot te zijn.}
Volgens mij delen Peer en jij dezelfde zwerver 🙂
{Mowl: de mijne had wel bier.}
Jullie zijn blijkbaar ook voor hem bekenden geworden. En die groet hij!
{Mowl: best vriendelijk, dus eigenlijk.}