|
“Het huis boven jullie staat nog steeds te koop, hè?” vroeg Brrrr aan de vrouw van nummer vierenzestig.
“Nee hoor.” reageerde ze. “Het is verkocht. Aan een kunstschilder!” voegde ze er veelbetekenend aan toe.
“O gelukkig!” ontsnapte Brrrr. “Geen yuppen.”
“Wat je zegt.” knikte de vrouw van nummer vierenzestig. “De straat is toch al zo achteruit gegaan, de laatste jaren.”
[Steeds meer poenerige auto’s in de straat. Steeds meer blazers en mantelpakjes. Het is waar: de verloedering heeft ingezet in de straat. Wie weet kan een kunstschilder voor een kentering zorgen.]
Elke achterstandswijk een kunstenaar!
{Mowl: alles fleurt ervan op.}
En dan die homo’s met schuifdaken. De huizen lijken hier wel cabrio’s.
{Mowl: da’s heel wat anders.}
Hmm.. doe mij dan maar een leuke yup in de buurt hoor…
{Mowl: waarom verbaast me dat niks?}
Alstie z’n fiets maar een beetjes netjes neerzet.
En als het maar een beetje een nette fiets is, überhaupt.
{Mowl: beter een ouwe fiets dan een pooierbak.}
Ach, alles is beter dan een straat vol krijsende kinderen (welkom in de Vinex wijk)
{Mowl: ik heb ooit eens iemand gekend uit een Vinex-wijk. Brrr.}