|
Brrrr had ’n stapeltje boeken uit onze bibliotheek gepakt om mee te geven voor de kinderen van Bert. Die legde er z’n Israëlische telefoon op.
“Wat doe je?” zei Bert toen ik ’r ’n foto van wilde maken.
“Ik maak ’r ’n foto van.” zei ik.
“Wacht even.” waarschuwde Bert. Hij legde ’n aansteker die in de buurt lag aan de kant. Hij had daarnet juist verteld dat ie met zijn trouwen van de ene op de andere dag gestopt was met roken.
“Ik moet geen verkeerde indruk wekken.” zei Bert tevreden. Ik drukte af.
[We hadden soep en brood gegeten. Bert had verteld over z’n leven in Israël, de katten van Haifa en de tweetaligheid van z’n kinderen. Tenslotte had ie z’n boek gesigneerd en was vertrokken. Weer iemand die minder virtueel is geworden.]
Mijn kinderen zijn Brrrr en Rene erg dankbaar voor die zonde.
PS: Ik zelf had nog nooit een boek van PB gelezen en heb in de trein naar Doetinchem en daarna naar Arnhem en Utrecht van het eerste deeltje zitten genieten.
{Mowl: en je neefjes en nichtjes konden naar de reeks fluiten, begrijp ik?}
Zonde om boeken weg te geven
{Mowl: en waarom dan wel?}
De boekjes zien er uit alsof ze uit de vorige eeuw komen. Verzamelobjecten? 🙂
{Mowl: nee. Vondsten.}
Misschien mag Bert dankzij jouw stukje in het volgende deel zelf een bijdrage leveren.
{Mowl: hij zal nog eerder zelf ’n kinderboek schrijven.}
Wat maakt de telefoon zo Israelisch? Nokia komt toch niet uit Israel?
{Mowl: de Hebreeuwse letters op ’t toetsenbord zouden ’n indicatie kunnen zijn.}
I’m puzzled too what the error could be.
I can’t see it.
{Mowl: ik dacht al dat ’t aan mij lag.}
Weer iemand die minder virtueel is geworden.] Vergis ik me dan zo? Ik dacht juist dat men steeds virtueler aan het worden was.
{Mowl: gelukkig niet altoos.}
‘mee te geven voor’? René toch.
{Mowl: waar zit de fout?}