|
Op de kinderboerderij was Pasen zichtbaar: de jonge dieren beleefden er hun eerste lente. ’t Was ’n aandoenlijk gezicht.
Kuikentjes, biggetjes, kalfjes — ze buitelden en dartelden over en door mekaar heen. De moeders en tantes keken ’t grut gelaten aan.
Zwijgend stonden we aan de weide met de schapen en hun jongen te kijken naar ’t nieuwe leven. Ik onderbrak de stilte.
“Wat eten we?” vroeg ik.
“Lam.” zei Brrrr, zonder om te kijken.
“Lekker.” zei ik.
[Krieltjes krijgen we d’rbij. Franse. Uit de oven. En ’n rucolasalade. Leve de lente. En ’t nieuwe leven.]
Dat dubbele gevoel… dat heb ik nou nooit met groenten.
{Mowl: emotieloze typetjes, die vegetariërs.}
Wel het lam dan zelf slechten hoor
{Mowl: waarom zou ik dat beest met de grond gelijk moeten maken?}
Bij dit soort stukjes denk ik dan altijd dat ik eigenlijk vegetarier zou moeten zijn. Vlees en dan vooral jong vlees..zucht. Het lukt me toch niet.
{Mowl: de geest is gewillig — ach, wie zeg ik dat.}
Oh!
{Mowl: ah.}
Vrolijk pasen en eet smakelijk.
{Mowl: dat lukt.}
Ik zat vrijdag op een terras te eten in een landelijke omgeving. Ik keek uit op koeien in de wei. De biefstuk die op mijn bord lag smaakte naar meer.
{Mowl: ik was als kind heel benieuwd waar ‘meer’ naar smaakte. Ik weet ’t nog niet.}
Je weet het als je hetzelfde nog een keer besteld.
{Mowl: da’s lam. Maar meer?}
Op de kinderboerderij krijg je gelijk inspiratie voor heel veel verschillende bereidingen van lam.. Ik wel tenminste
{Mowl: hoe bereid jij kleuters?}
Kleuters inspireren me geenszins. Je zult me dan ook nooit in clownspak bij een kinderboerderij zien.
Nee, de inspiratie komt van lamsbout, kalfszwezerik, eendenborst, fazant en terrine van tam konijn … kleuters aan een spies doen me niets
{Mowl: ’n echte gourmand, dus.}
Niets zo lekker als lentelammetjes.
{Mowl: verrukkelijk.}
Haha meesterlijk stuk!
{Mowl: ook liefhebber van jong vlees?}