|
“Mm.” zei collega L. Soms kan ’n Mm erg bedreigend klinken. Dit was duidelijk zo’n Mm waar ik me zorgen door ging maken.
L had me uitgevraagd over dingen-die-komen-gaan. Zoals m’n vijftigste verjaardag. Zo’n dag die sommigen aangrijpen om heel-leuk-maar-zeker-niet-mijn-smaak uit de hoek te komen. Door ’n Abraham neer te zetten, of — nog erger — zelf verkleed als één de ganse dag zwijgend achter je aan te hobbelen.
“Gelukkig ben ik de hele week vrij.” had ik gezegd. “Lekker veilig.”
En toen had ie dus bedenkelijk gekeken en met ’t bedenkelijk kijkende gezicht Mm gezegd. Meer niet.
“Goed.” zei ik. “Ik trek me dus nu terug op m’n eigen plekje om me daar in heviger wordende mate ontieglijk ongerust te gaan zitten maken.”
[Ik heb niks tegen 50. Maar, m’n hemel, wat zal ik blij zijn als dat voorbij is.]
Stel dat iedereen die dag als ieder andere voorbij laat gaan……dat geen hond reageert. Dan zou je wensen dat………………
{Mowl: ik me niet zo ongerust had gemaakt.}
Stripper? Waar? Wanneer? en hoe #ofzo
{Mowl: geen idee. Peer begon d’rover.}
Hm. En wanneer is die vijftigste verjaardag dan precies?
{Mowl: snel. Te snel.}
Er is toch niks tegen een leuke stripper?
{Mowl: waarom werk jij hier niet?}
O, wat erg… en o, wat ga ik lachen als ‘ze’ iets leuks voor je hebben verzonnen. (of krijgen we dat dan never nooit te horen zeker?)
{Mowl: ik ga d’r vanuit dat ik volgende week niks te vertellen heb. Of ’t moet ’n moord zijn.}