Het ging even allemaal te goed.
Onder de vloerbedekking kwamen prachtige planken tevoorschijn. De gestripte badkamer vertoonde geen rampen. De nieuwe slaapkamer wordt een plaatje. Het trappenhuis oogt schitterend. Het is gewoon ondraaglijk.
Ik zei het tegen Brrrr.
Ik zei: “Het gaat zo goed,” zei ik, “dat kan nooit goed gaan.”
“Zwartkijker.” lachtte Brrrr. Ik schudde mijn hoofd.
“Ik kan er niks aan doen.” zei ik. “Zoveel geluk wantrouw ik.” Ik pauzeerde een moment. “Wat nu,” vervolgde ik, “als we het achteraf toch niet kunnen betalen?”
Brrrr trok zijn onschuldigste gezicht.
“Dan verkopen we toch gewoon het huis.” zei hij. Met een ruk draaide ik mijn hoofd.
“Dat! Had! Je! Nou! Niet! Moeten! Zeggen!”
[Gelukkig blijkt de verkeerde wasbak te zijn geleverd. En ontbreekt de juiste aansluiting bij de radiator. Ook moeten we nog een paar dagen wachten voor we kunnen douchen. En is nu de bouwvakvakantie begonnen, zonder dat de klus geklaard is. Kijk – dat geeft de burger weer moed.]
Plaats een reactie