|
Iemand heeft ooit geconstateerd dat je bij het passeren van mensen precies een hele zin kunt opvangen. Met die zin moet je het doen.
Ik had er niet eerder op gelet, maar volgens mij klopt het. Ik wilde dat ik het nooit geweten had, want het horen van die ene zin begint zo langzamerhand een obsessie voor me te worden.
Zoals gisteren, bijvoorbeeld.
In de stad liepen we, net als drommen andere mensen. Zonder dat ik ze in het bijzonder zag kwamen we een man en een vrouw in tegengestelde richting tegen. Ze praatten.
En in het voorbijgaan hoorde ik haar, op een schampere toon, tegen hem zeggen: “Nee, ik ben toch zeker geen treintje!”
[De inhoud van deze mededeling lijkt me buiten kijf. Maar de betekenis kan ik er niet van doorgronden. Het blijft spoken in mijn hoofd.]
Plaats een reactie