Mowl

“Die man is een der onzen of een vreemdeling.” zo rekenen mensen van lage zin; mannen van edele zin daarentegen beschouwen de ganse aarde als hun familie. Bhartrihari (ca 450-510)

Ik was tamelijk beducht voor de kinkels van Winterswijk, toen ik er gisteren door de winkelstraat wandelde. Want je weet hoe dat is, met vreemdelingen in een hechte kinkelgemeenschap: dat loopt zelden goed af – dat heb ik te vaak in films gezien.

Maar er waren helemaal geen kinkels in het centrum van het dorp van Komrij en Mondriaan: ik zag alleen maar Duitsers – teruggekomen of achtergebleven, dat weet ik niet.

Een eindje verder stond een cameraman van TV Rijnmond opnames te maken. Rotterdam heeft wat met Duitsers, denk ik.

[Op de terugweg ben ik natuurlijk verdwaald. Toch heeft geen kinkel zich aan mij vergrepen. Je kunt van die Duitsers zeggen wat je wilt, maar ze weten wel de orde te handhaven.]