Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Taalmannen

herfst

In het leven en ook in de taal zijn nuances alles. Louis Couperus (1863-1923)

“Ik sta reserve.” zei de ene conducteur tegen de andere. “Dan kan ik mooi huiswerk maken.”

“BOA?” vroeg de ander.

“Frans.” antwoordde de ene. De ander knikte.

“Van het spoor?” De ene schudde zijn hoofd.

“Nee.” zei hij. “Mezelf.”

“In Roosendaal heb je dat natuurlijk.” bedacht de ander. “Frans. Wij zijn weer meer op Duits.”

De mannen waren even stil. Toen hernam de ander het woord.

“Das Gleis, bijvoorbeeld.” leerde hij, “Dat is rails om over te rijden.” De ene dacht na.

“Het spoor dus.” zei hij dan.

“Ja.” beaamde de ander. “Het spoor.”

“Zover ben ik nog niet.” zuchtte de ene. “In Frans.”

  1. Wat een taalhelden he….

    {Mowl: en dit was nog maar een samenvatting.}

  2. Dat is het leuke van sporen hé, je kan lekker de mensen bekijken en beluisteren, zonder dat je erop aan gekeken wordt.

    {Mowl: tot ze het microfoontje in de gaten krijgen.}

Plaats een reactie

Ontdek meer van Mowl

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag