|
“Kom ik thuis, heeft mijn zoon zijn oor laten piercen!” vertelt collega C.
“Links of rechts?” vraag ik.
“Rechts.” zegt ze. “Hoezo?”
“Zomaar.” zeg ik.
“Nou ja,” gaat C verder, “En omdat ie dacht dat ik dat niet goed zou vinden, had ie het hele huis opgeruimd. Opnieuw ingericht eigenlijk.” Ze knikt. “Hij had zelfs bloemen gekocht. Zelf uitgezocht, zei hij.”
“Oh.” zeg ik. Ik hou me op de vlakte.
“‘t Is ook zo’n lieve jongen.” gaat ze verder. “Nooit problemen. Komt ook nooit met van die rare jongens thuis. Altijd vriendinnen. Gaat er ook samen mee de stad in, winkelen enzo.”
Ik ben even stil.
“Houdt ie misschien van Barbra Streisand?” doe ik onschuldig. C’s ogen klaren op.
“Ja!” roept ze, “Hoe weet je dat?”
[Ik grinnikte maar een beetje en zei dat het een losse gok was. Je wilt zo’n moeder niet ongerust maken, natuurlijk. En bovendien: tegenwoordig kan ze best wel grootmoeder worden.]
Plaats een reactie