De vader is misschien het duidelijkst te typeren door wat hij tegen zijn zoontje zei, tijdens de korte treinreis.
“Kijk, op die hoek is papa in mekaar geslagen.” en “Dat is de coffeeshop van ome Frans.”
Er was geprobeerd om het zoontje ook zo stoer mogelijk te maken door hem een baseballpetje achterstevoren op zijn hoofd te zetten, maar de poging was jammerlijk mislukt. Het schuchtere jongetje keek sterk ongelukkig. Zijn vader leek er geen idee van te hebben.
“En als papa er nou voor zorgt dat je telkens wordt gebracht en gehaald,” probeerde hij oud zeer te verhelpen, “Wil je dan op voetbal?”
Het jongetje schudde zijn hoofd en keek naar zijn wiebelende tenen. De vader zuchtte en draaide zich teleurgesteld van zijn kind af.
“Als het maar geen korfbal wordt!” bromde hij.
[Vader en zoon zwegen verder de hele reis. Maar, ach, zoals ik al zei: het was een korte reis.]
Plaats een reactie