“Ik begrijp d’r niks van.” zei ik. “Toen ik vanmorgen naar Zuid fietste, had ik me er op gekleed: das, pet, warme jas, handschoenen. Heel gewoon, toch, met deze kou?”
Ik wachtte het antwoord niet af.
“Maar nog voor ik bij de Zijpsepoort kwam, was ik al ingehaald door twee jongens met hun jassen open en niets dan een dun overhemd eronder aan. Blote handen aan het stuur. Bijna fluitend.”
Ik schudde mijn hoofd toen ik eraan terugdacht.
“Af en toe krijg ik het idee dat ik gek ben.” zei ik.
[“Nee hoor. Je wordt gewoon oud.” zei collega S ernstig. Tja. Dat kan natuurlijk ook.]
Plaats een reactie