|
Met “Ik heb trek” maakte Brrrr me wakker. Ik keek op de wekker.
“Vijf uur elf.” las ik. En dan, tegen Brrrr: “Het is elf over vijf!”
“Ja.” zei Brrrr. “Zullen we ontbijten?”
“Het is elf over vijf!” herhaalde ik. “We hebben net een zeven gangen kerstdiner gehad.”
“Zes.” verbeterde Brrrr. “Koffie is geen gang. Maar dat was gisteren. En nu heb ik trek. Dus?”
[Dus? Niks dus. Dus zat ik om bijna half zes achter een gekookt eitje en vers geperste jus. Dus.]
Plaats een reactie