|
Ik weet niet wat me bezielde toen ik op m’n knieën ging om ’n foto te maken van dat kind dat ’n muntje ging werpen in de vioolkist van de straatmuzikant.
En terwijl ik alle tijd had om tot bezinning te komen — de batterij van m’n toestel was bijna leeg en ’t apparaat weigerde eerst nog dienst — bleef ik me van geen kwaad bewust.
Zodat, toen ’t lensje alsnog naar buiten schoof en ik afdrukte, ik geen benul had dat ik op dat moment officieel ’n Enge Man was geworden.
[Ik ben niet opgepakt, tot mijn opluchting. Maar ik word wel in de gaten gehouden — en dat weer tot opluchting van de anderen.]
Plaats een reactie