Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Opkrabbelen

sneeuw

Er zijn veel koeien en dus ook veel waarheden. Louis Paul Boon (1912-1979)

Allereerst: Moeder bleek niet ge­vallen. ’n Overbodig virus had d’r even­wichts­organen aangetast, waar­door ze zich niet meer staande wist te houden. Zwal­kend en mis­se­lijk had ze ’n vriendin gebeld die op haar beurt weer de huis­artsen­post alar­meer­de.

De aandoening is met medicijnen te be­handelen en niet levens­bedreigend, maar was toch voor alle kinderen reden om snel naar Z af te reizen.

“Heerlijk.” zei Moeder toen ze haar hele kroost aan heur bed aan­schouwde. Ze glunderde.

[’n Overbodig virus? Jazeker, want met de kerst ziet ze ons allemaal toch wel weer.]

  1. Kerst is ook een soort overbodig virus.

    1. Haha, kerst is toch gezellig. kuch

      Gelukkig dat er niet veel aan de hand was.

  2. Ik heb ook iemand in de familie die hier last van heeft. Het is nooit meer helemaal weg gegaan. Zo nu en dan (direct na het slapen, of bij snel opstaan) blijft het een probleem…

    Goed te horen dat het niks ernstigs is.

  3. Gelukkig is valt het nog mee. Zeg haar maar dat ze goed moet uitzieken, want anders kan het virus haar nog lange tijd last berokkenen. Erg vervelende kwaal!

  4. Gelukkig niets ernstigs. Lol @ de term ‘overbodig virus’

  5. Welk virus is dan wél nuttig?

    {Mowl: daar heb je me.}

    1. A virus that gives immunity.

      {Mowl: vanzelf.}

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag