|
Ik rook mezelf.
Of beter gezegd: ik rook alle aan mij hangen gebleven geurvlaggen van — vooral — de dames die ik die ochtend, de eerste werkdag van ’t jaar, met ’n zoen op beide wangen ’t traditionele allerbeste voor ’t nieuwe jaar heb toegewenst. D’r leek geen eind aan te komen.
Ik wist niet dat ik zoveel verschillende collega’s had, dacht ik. Met net zoveel verschillende luchtjes.
Jak.
[Ieder jaar is d’r weer sprake van ongewenste melanges. En ik wil d’r best iets tegen doen, maar de meisjes, hè — ze willen nu eenmaal allemaal met me knuffelen. De meisjes dan.]
Plaats een reactie