Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Vreemde vogel

vogel

Geen vogel verheft zich te hoog wanneer hij zich op zijn eigen vleugels verheft. William Blake (1757-1827)

We zaten naar Moeders vogel­boom te kijken. Da’s de Japanse hazelaar die is volgehangen met vetbollen en pinda’s en waar de vogels af en aan vliegen. Met ’n verrekijker en ’n vogelboek houdt Moeder de flad­de­raars in de gaten.

“Ze zeggen dat de mussen uitsterven.” onderbrak ze de stilte terwijl ze naar de sidderende takken wees. Tientallen exemplaren van de ver­meend bedreigde soort deden zich te goed aan ’t bijvoer. “Maar hier toch niet.”

[’t Klonk bijna triomfantelijk. En dat mocht ook wel: Moeder die in heur eentje de wereld voor de ondergang van de mus heeft behoed.]

  1. Ze zouden een standbeeld voor haar op moeten richten. Met mussen natuurlijk.

    {Mowl: dat gaat ook vast nog wel gebeuren.}

  2. Wat, twee stukjes op één dag? Wat een verwennerij op de blog van Mowl…

    {Mowl: foutje.}

    1. Het allerleukste daarvan is nog wel dat peer en ik gereageerd hebben, 6 uur voor het stukje gepubliceerd was. Wellicht hebben wij dezelfde gaven als Billie?

      {Mowl: zou ik met jullie alle drie getrouwd zijn?}

  3. Ze blijft ons verrassen……………..

    {Mowl: leuk, hè?}

  4. Wel wat grote hapjes voor dat kleine meesje. Of is dat een kunstvogeltje?

    {Mowl: ’t is ’n neppertje.}

  5. Je moeder is een goed mens

    {Mowl: je hoort van mij niks anders.}

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag