De schilders kregen de werkopdrachten voor deze dag. De voorman ging hen met grote stappen voor.
“Eerst deze muur,” zei hij, groots gebarend, “dan deze en die en deze – vergeet dit niet – en dan deze weer en dan die.”
“Je kunt ook gewoon zeggen: alles.” zei de jongste van het stel. De voorman deed alsof hij niks hoorde en liep verder. Dit, wees hij, en dat, en hier, en daar. De jongste schilder glimlachte.
“Zo.” zei de voorman na de uitgebreide instructies. “Nog vragen iemand?” De jongste schilder stak zijn hand op.
“Ja ik.” zeidie. “En wat doen we vanmiddag?”
[De voorman deed zijn best er een glimlachje uit te persen. Als er in dit bedrijf functioneringsgesprekken worden gehouden, zou hij er nog wel eens op terug kunnen komen, vreesde ik.]
Plaats een reactie