Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Een dun laagje schroom

Opruimen geeft rommel. Jan Huinck
Opruimen geeft rommel. Jan Huinck

Ik zag al dat er iets was toen ze binnenkwam.

Om te beginnen droeg ze een overmaats overhemd. Dan had ze nog een paar pakken koekjes bij zich. En tenslotte was er nog een directe collega die plagerig alludeerde op een blijde boodschap, waar ze lichtblozend op reageerde.

“Het klopt inderdaad.” bekende ze dan. “Ik heb iets mee te delen.” Voor mij was één en één twee.

“Gefeliciteerd.” zei ik voor mijn beurt. “Ik zag het meteen. Hoeveelste maand ben je nu?” Ze keek me een beetje vreemd aan.

“Ik heb alleen een nieuwe baan gekregen, hoor.” zei ze. Daarna smakte ze de koekjes op tafel. De volgende stilte was lang en zwaar.

[Even wilde ik mijn tong inslikken en verzwolgen worden door de aarde. Maar toen besloot ik dat ik niks had om me voor te schamen. Zij was toch zeker zelf in dat belachelijk wijde overhemd komen aanzetten?]

  1. Je inschattingsvermogen laat je vreselijk in de steek. Het waren koekjes, geen augurken.

    {Mowl: moederkoekjes?}

  2. LOL!

    Troost je met de gedachte dat jou helemaal niets te verwijten valt. Ze komen nou eenmaal van Venus, en niet van Mars…
    Allemaal hormonen.

    {Mowl: wat ik zeg — vrouwen.}

  3. Gelukkig heb je binnenkort geen last meer van haar.

    {Mowl: ach, ze is verder niet vervelend, hoor.}

  4. HAHAHA!

    {Mowl: dat was niet direct mijn reactie. direkt, maar toch leuk.}

  5. Gelukkig waren het koekjes en geen beschuit met muisjes. Dan had je pas écht wat gemist!

    {Mowl: nou, ik zie d’r maar twee keer per jaar.}

  6. Mannen!!!

    {Mowl: lekker, hè?}

  7. groot gelijk:-)

    {Mowl: toch?}

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag