Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Oh I thought that was the drill

blad

Deugdzame vrouwen verouderen vlugger. Anatole France (1844-1924)

Twee dames stonden voor de supermarkt. Ze waren onafscheidelijk.

“Zoals altijd.” zei Brrrr. “Net de ouwe dametjes van Fawlty Towers.” Ze bekeken, arm in arm, hoedie z’n fiets-met-bak tegen de wand parkeerde, de boodschappentas d’ruit pakte en naar de ingang liep.

“Wat ’n mooie fiets heeft u, meneer.” zei de kleinste van de twee (want de kromste).

“Ja, meneer.” zei de langste (en de dunste), “maar ook uw pet, meneer.” Brrrr voelde onwillekeurig aan z’n crisisjarenpet.

“Wees d’r maar voorzichtig mee.” zeiden de dames tegelijk.

“Euh, ja.” zei Brrrr, licht beschroomd. “Dankuwel. Dames.” Hij knikte en ging de winkel in.

“Maar toen ik d’ruit kwam stonden de besjes d’r nog.” zeidie. “En maar vriendelijk knikken.”

“Verschrikkelijk.” zei ik. “Wat kunnen mensen toch onachtzaam zijn.”

[“Ja.” zei Brrrr. Hij keek voor de zekerheid nog even of ik serieus was.]

  1. Heeftie geen fooi gegeven omdat ze op zijn bakfiets gepast hadden? Hadden ze misschien bessenjenever van kunnen kopen.

    {Mowl: Billt was d’r niet voor in de stemming, kan ik je zeggen.}

    1. Is een fiets-met-bak een bakfiets?

      {Mowl: alleen als ’t ’n driewieler is, zegt Van Dale.}

    2. Peer heeft het niet op bejaarden … zie zijn eigen stukje van vandaag. Ik zal maar ver bij hem uit de buurt blijven!

      {Mowl: Zuid-Afrika is behoorlijk ver, dacht ik.}

      1. Gelukkig meent hij niet altijd wat hij schrijft.

        {Mowl: hij? Jij?}

Plaats een reactie

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag