|
De bakkersvrouw keek ons onderzoekend aan voordat ze ’n beslissing nam.
“Vooruit.” zei ze toen. “Maar dan wel zonder onze naam d’rop.”
“Da’s prima.” zei Brrrr. Even later liepen we met vier kartonnen vellen terug naar huis.
“Ik maak vijftig saucijzenbroodjes.” had Brrrr eerder bedacht. “Voor op je werk. Als traktatie. Vinden ze leuk, iets zelfgemaakts.”
“Fantastisch.” zei ik. “Maar hoe krijg ik ze mee?” Brrrr dacht even na.
“Gebaksdozen.” zeidie toen. En zo waren we bij de bakkersvrouw terechtgekomen.
“Hun naam op mijn saucijzenbroodjes. Há! Dat mochten ze willen.” schamperde Brrrr toen ie de dozen in mekaar vouwde.
[“Jouw saucijzenbroodjes zijn pas echt vet!” knikte ik oprecht verlekkerd.]
Plaats een reactie