Dag in. Dag uit.

eendKun je iemand missen die je niet kent?

Bijna elke ochtend kom ik dezelfde mensen tegen. Zoals de man die, gestaag trappend, me tegemoet komt fietsen. We groeten elkaar. “Morgen.” “Hoi.” Of de man die, zijn hoofd gebogen en gekleefd aan de rand van het voetpad, zich niet bewust schijnt van de wereld waarin hij leeft. Hij heeft een plastic tas onder zijn armen. Als ik hem passeer klemt hij de zak net iets steviger vast – alsof ik hem zou kunnen beroven van al wat hij in dit bestaan voor tastbaars heeft vergaard.

En dan is daar nog de man met de twee hondjes. Hij lijkt op een oudere versie van Pluk van de Petteflet – compleet met honkbalpetje. Of nee: hij is meer een rijpere uitvoering van Petje Pietamientje – een reclamefiguur uit mijn prilste jeugd.

Hoewel hij van mijn leeftijd zal zijn (en geloof me: dan kun je er uitgeblust en oud uitzien) heeft hij nog steeds een twinkeling in zijn ogen. Aan de lijn voert hij twee hondjes van een onbestemd ras mee. In de loop der jaren heb ik de diertjes ouder zien worden.

Vroeger spanden ze de lijn strak, zodra ze de hoek omgingen. Want daar wisten ze Poes, die het nooit kon laten provocerend haar vrijheid te manifesteren. Wild konden ze daarvan worden.

Maar Poes is ouder en rustiger geworden. En zo ook de hondjes. Ze werden grijs en de fut leek te verminderen.

Maar nog steeds werden ze elke dag uitgelaten door de man met het honkbalpetje en de twinkeling in de ogen. En elke dag groetten we elkaar.

Ik heb de man nu alweer een tijd niet meer gezien. De hondjes evenmin. Diverse scenario’s malen door mijn hoofd met redenen van hun afwezigheid. Maar elk draaiboek eindigt met een witte bladzijde.

Waar is de man met de hondjes? Hij is toch niet ziek? Zijn de hondjes nog wel gezond? Zijn ze verhuisd?

[Ergens zou er – op internet wellicht – een informatiepunt moeten komen waar dit soort gegevens te achterhalen zijn.]

Standaard

5 gedachten over “Dag in. Dag uit.

  1. Als de man maar niet al een hele tijd dood in zijn huis ligt en al gedeeltelijk is opgegeten door zijn hondjes. Brrr, dat zou ik dan weer niet willen weten.

    {Mowl: en dat die hondjes niet meer worden uitgelaten? Ach gossie!}

  2. Grappig dat je dit schrijft. Ik had het er gisteren nog over met Paul. Iedere dag als ik naar mijn werk ga kom ik dezelfde mensen tegen. Mensen die ik absoluut niet ken, maar die ik wel mis als ze er niet zijn. Hey.. die was er van de week niet.. zou die ziek zijn? Misschien op vakantie? Hey het is wel rustig vandaag? Waar is die man met die baard? Waarom komt die jongen met die rugtas zo laat op het station aan? Je krijgt toch een soort band met die mensen. Vreemd. Bizar. Maar wel grappig.

    {Mowl: en ergens ontroerend.

    PS – vergeet dit niet.}

  3. Van sommige mensen is het juist beter als ze ineens niet meer op komen dagen. Zoals “De Pijp”, een oude kerel die elke dag op het station de lucht verontreinigd met zijn vieze pijptabak!

    {Mowl: wie weet welk leed hierachter schuilgaat.

    PS – vergeet dit niet.}

  4. suzanna schreef:

    Zo koop ik voor de lol nog wel eens een brood bij mijn ouwe bakker.
    Met een lach op zijn gezicht en een opgelucht “Hallo..!” ,word ik daar begroet .

    {Mowl: toch is dat niet helemaal hetzelfde. Van de bakker weet je tenminste nog dat ie een bakker is. Dat neemt niet weg dat het ook een ritueel, geworteld in gewoonte en nostalgie.

    PS – vergeet dit niet.}

  5. rozebeer schreef:

    vreemd dat dit soort mensen je dan toch bezig blijven houden… Je kent ze niet, maar horen wel bij je dagelijkse ritueel, bij de inboedel van de wereld….

    {Mowl: ik had het zelf niet mooier kunnen formuleren.}

Laat een reactie achter bij suzannaReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.