En hij riep

Wat mij boeit aan het wereldkampioenschappen schoonmaken? Dat ik heb gewonnen. Myriam Bronzwaar

Wat mij boeit aan het wereldkampioenschappen schoonmaken? Dat ik heb gewonnen. Myriam Bronzwaar

De schoonmaker zette de mop in de wringer en bewoog hem een paar keer op en neer.

Het waren de donkerste uren van de nacht, vlak voor de dageraad. De man droeg een muts tegen de kou, ver over de oren. In alle eenzaamheid reinigde hij het straatmeubilair. Zwijgend – want er was geen ziel om tegen te praten.

In het voorbijgaan zei ik gedag. De man antwoordde niet, hij keek me alleen even aan. Meteen bedacht ik wat ik ooit in zijn ogen had kunnen lezen. Ambitie, wellicht. Dromen, misschien. En dat de man nu uitgestorven keek zoals een man kijkt die gisteren en eergisteren straatmeubilair schoonmaakte en, godbetert, morgen en overmorgen weer.

Maar dan, ineens, zag ik de man me lezen zoals ik hem las. Mijn ogen knepen samen. Ik haalde mijn neus op en stapte door. Wat dacht ie wel?

[Maakt de dag glanzend sprak de tekst op z’n busje. Hoe aanmatigend.]

Standaard

4 gedachten over “En hij riep

  1. Baloo schreef:

    Terwijl jij er toch eigenlijk aan gewend zou moeten zijn, gelezen te worden! Hoe pijnlijk … je verslagen te voelen door een zelfbewuste medeman.

    {Mowl: verslagen door m’n eigen gedachten dan toch.}

Zeg het eens.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.