“Ik ga naar Canada.” zei collega A die me vaarwel kwam wensen. Ik was er even stil van.
“Naar Canada?” echode ik. “Voorgoed?” A knikte.
“Ik ben nu veertig.” verklaarde hij. “En als ik het nu niet doe, doe ik het nooit meer.” Hij keek me aan. “En daar zal ik altijd spijt van hebben.”
Weer zweeg ik even.
“En wat ga je daar doen?” verscheen mijn praktische-ik op het toneel. A haalde zijn schouders op.
“Geen idee.” zei hij. “Desnoods word ik vrachtwagenchauffeur.”
[‘Onverantwoord’ dacht ik toen hij glunderend uit mijn wereld verdween. Een getrouwde man met kinderen die zijn zekere baan opgaf voor een onzeker bestaan in een ander land. ‘Roekeloos’.
Waarom was ik dan zo jaloers?]
Werkloos in Canada? Leuk!
{Mowl: het is weer es wat anders.}
Tja, het is nog niet telaat he René 🙂
{Mowl: denk je?}