Hebben en houden

Was je handen vooraleer je naar mijn smetten wijst. Benjamin Franklin

Zonder dat hij een woord had gezegd, kreeg ik al het idee dat zijn leven in de plastic tassen aan het stuur van zijn fiets zat. Toen hij naast me kwam zitten, op de rand van de publieke plantenbak, wist ik het zeker.

Er misten wat tanden in zijn mond, zag ik toen hij naar me lachte, en die er wel zaten, waren amper verzorgd en toonden grauw tot zwart. Zijn haar was vettig en viel in sluike slierten langs zijn gezicht. De kleren die hij droeg waren ongewassen en de winterjas daarop was besmeurd.

Ik glimlachte terug, maar intussen trok ik mijn tas wat steviger tegen me aan. Onwillekeurig schoof ik een stukje van de man weg.

In mijn broekzak voelde ik mijn telefoon trillen. Ik negeerde de melding en liet het toestel zitten waar het zat.

Mijn hemel, schrok ik ineens, Wanneer was ik eigenlijk zo angstig geworden?

Standaard

Zeg het eens.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.