|
Als de één tegen de ander zegt dat we een gezellig dagje — ik noem maar wat — Nijmegen doen, kan dat in ons geval nog wel es tot een verschillend resultaat leiden.
Brrrr — bijvoorbeeld — kent daar zo al drie kringloopwinkels. Hij is dol op kringloopwinkels. Hij verheugt zich op kringloopwinkels.
Ik haat kringloopwinkels.
Dus wacht ik tenminste twintig minuten — drie kwartier is ook niet uitzonderlijk — per winkel tot Brrrr heeft gezien wat ie wilde zien. En dan gaan we verder naar de volgende kringloopwinkel. Had ik al gezegd dat ik ze haat, kringloopwinkels?
“Luister,” zei ik daarom onlangs, “Ga gerust naar Nijmegen, bezoek alle kringloopwinkels die je wilt, maar laat mij alsjeblieft thuis. Alsjeblieft.”
Brrrr keek me aan en zag dat ik het meende. Hij glimlachte en bevrijdde mij.
Ik ben zo gelukkig!
[Soms kom je dichter bij mekaar door mekaar los te laten. En als dat niet zo is, voelt het in elk geval lekker.]
Soms moet je elkaar gewoon los laten. Eventjes dan…
{Mowl: niet te lang.}
Denk dat ik ooit één keer in mijn leven in zo’n kringloopwinkel ben geweest. ‘k Zou niet weten wat ik er moet halen 🙂
{Mowl: kringloopdingen, denk ik.}
Ik ken het probleem. Zij: kledingwinkels, Ik: cd winkels, waarbij ik véél meer geduld heb dan zij (vind ik natuurlijk). Dacht dat mensen van het andere kamp daar geen last van zouden hebben, wegens het hebben van hetzelfde sexegebonden interessegebied. Ben nu een beetje teleurgesteld in jullie 😉
{Mowl: bloed ik niet als gij mij prikt?}
Maar wat vind je nou eigenlijk van kringloopwinkels?
{Mowl: och, gaat wel.}