|
Buurtvrouw J was ingevroren — althans, d’r auto.
H en M (andere buurtgenoten van wie we nog niet eerder aanleiding hadden gevonden om over te berichten) waren druk in de weer om haar uit de benarde situatie te bevrijden. H stond, met de sneeuwschuiver recht overeind in z’n ene hand en de andere geplant in z’n zij, tevreden te kijken naar ’t resultaat.
“Probeer ’t nog es.” moedigde die J aan. Ze startte de auto en zette ‘m in de één. Voorzichtig slipte de wagen over ’n klein overgebleven heuveltje ijs. Even leek ie door te glijden tegen ’n auto aan de andere kant van de straat, tot J ‘m in bedwang kreeg. Ze had d’r autoraampje opengedraaid.
“Dank jullie wel.” zwaaide ze. H glunderde, M was trots op ‘m. J gaf gas.
[H en M wuifden naar mij. Ik groette terug. Ik had ’n aanleiding gevonden.]
Hadden H en M ook nog wat voordelige wintermode achter de hand? De uitverkoop is weer begonnen!
{Mowl: voor koopjes moet je bij Brrrr zijn.}
’t Is de warme intensiteit van je belangstelling die het ijs deed smelten.
{Mowl: lijkt me stug.}