De laatste dagen van het jaar. De straten vol met mensen die nog meer willen kopen of ruilen. Bij hen veel kinderen.
Brrrr en kinderen, dat weet je misschien, gaan niet goed samen. O, ik beweer zelf geen liefhebber van het kleine grut te zijn, maar Brrrr overtreft mij ruim in zijn afkeer van het grom.
“Het is nog steeds kersttijd.” probeerde ik hem te bedaren toen er alweer een klein en verwend ettertje voor zijn voeten liep en hij de neiging om het beentje te lichten nauwelijks kon onderdrukken. “De geboorte van Jezus. Vrede.”
“Mm.” knikte Brrrr met toegeknepen ogen. “En je weet toch wat er na de geboorte gebeurde?” Dat was een makkie.
“Ik weet ’t! Ik weet ’t!” juichte ik. “Herodes liet alle kinderen in het land doden!” Mijn lach verstarde. “Oh.” kwam d’r nog geschrokken achteraan.
[Brrrr mompelde iets wat ik niet kon verstaan. Ik liet het zo. Dat leek me beter.]
Tja, die Herodes was gewoon niet zo goed in zijn job, hè, anders had tenminste niemand meer last van ze gehad…
{Mowl: maar dan waren ze wel weer ergens anders vandaan gekomen.}
You wrote about children in general, didn’t you ?
{Mowl: nou ja, eigenlijk vooralover de kinderen die gruwelijk verpest zijn door hun veel te tolerante ouders. Feitelijk over alle kinderen, dus toch.}
Ah, met Brrrr kan ik praten…
{Mowl: maar hij zei niks?}
Terwijl kinderen zo leuk kunnen zijn. Achter dubbel glas.
{Mowl: of onder water.}
Brrrr: gewoon wachten tot het voorbij is.
{Mowl: welja, alsof d’r ooit een eind aan het gefok komt.}
Het schijnt dat ze wel lekker zijn in rodewijnsaus.
{Mowl: heb je misschien ook nog een wijnsuggestie?}
We’ve all been children once.
Brrrr must have been a little spoiled brat.
{Mowl: au contraire! En welopgevoede kinderen zijn ons lief, hoor. Maar die geraken zeldzaam.}