Op zijn hondjes

Het valt me op: een hondeleven bestaat voor een groot deel uit wachten.

Wachten tot het baasje ’s ochtends opstaat. Wachten op etenstijd. Wachten tot het baasje de riem pakt voor het dagelijkse ommetje. Wachten.

Zo ook deze hondjes, veilig geparkeerd in de boodschappenmand, voorop de fiets. Het baasje was het café ingedoken en zat achter een biertje. De hondjes inspecteerden intussen iedereen die langskwam. En bewaakten de fiets, natuurlijk.

[Katten daarentegen wachten niet. Als ze honger hebben gaan ze gewoon op je hoofd zitten. Als je bijna stikt, word je vanzelf wel wakker. Goed, baasje is boos – maar weet wel wat er van hem wordt verwacht. En om herhaling te voorkomen kun je ze maar beter hun zin geven. Maar rustig in een mandje zitten wachten – dàt kunnen poesjes weer niet.]

Standaard

Zeg het eens.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.