Opium

Er bestaan religies die het begrijpen van een God onmogelijk maken. Janosch

Ze kwam uit Utrecht en las Marx. Ik vertelde haar over de Nijmeegse relatie tussen de communistische denker en de grondlegger van het Philips-concern.

“Dat wist ik geeneens,” zei ze oprecht verbaasd. “Ik houd van dat soort verrassingen. Maar dan heb ik er ook één voor jou.”

“Vertel maar,” noodde ik.

“Ik ben gelovig,” begon ze, “oorspronkelijk Nederlands Hervormd, maar bekeerd tot de Islam – en toch leef ik als een christen.”

Nu was het mijn beurt om te fronsen.

“Hè?” zei ik, “Hoezo dat?”

Ze maakte een wegwerpgebaar.

“Ze zijn allemaal zo hypocriet,” verklaarde ze, “alles wat verboden is doen ze toch, maar dan stiekem.”

“Net als de meeste gelovigen,” meende ik. Ze knikte.

“Dat is misschien wel waar,” zei ze, “maar daar doe ik dus niet aan mee. Mijn geloof is iets tussen mij en…”

“God,” vulde ik aan.

“Allah,” glimlachte ze.

Ze was nog niet klaar met Marx.

Standaard