Schuld

Je moet eerst heel wat brillen afzetten om met je eigen ogen te kunnen zien. Henk Kooyman

Ze haalde de bril van haar neus.

“Mijn glazen beslaan,” mopperde ze, “dat komt door dat kapje.”

“Ja,” zei ik, “geweldig, niet?”

(Op dat moment had ik eigenlijk moeten zwijgen – of even daarvoor al, als ik haar lichaamstaal goed had begrepen. Maar ik observeer blijkbaar beter dan dat ik duid.)

Geweldig?” papegaaide ze, “Hoe dat zo?”

“Gewoon,” zei ik (alsof gewoon een antwoord is), “dan hebben we weer iets om van alles de schuld te geven. Beslagen glazen? De kapjes. Ruzie met je man? Kapjes. Auto start niet? Natuurlijk door de kapjes. Alles komt door de kapjes.”

Ze rimpelde.

“Heerlijk,” vulde ik aan. Het duurde even voordat ze met me meeging, maar ik zag het gebeuren.

“Herfst?” probeerde ze, “Kapjes,” antwoordde ik. “Recessie?” “Kapjes.” “België?” “Al helemaal kapjes.”

Ze gloeide. Ze had er duidelijk zin in gekregen.

“Echt geweldig,” verzuchtte ze blij, “nu heb ik eindelijk een zondebok voor alles!”

Standaard