|
Weet je nog, ’t mannetje dat moest meten? Hij is met vakantie.
Dat schreef ie ons tenminste in de brief die we van ’m kregen. En bijna terloops noemde ie ook nog ’t bedrag dat we ’m schuldig zijn: te voldoen binnen vijf dagen na plaatsing.
Want plaatsen deed ’t mannetje dat moest meten niet. Dat mat alleen. ’t Plaatsen zelf werd ’n paar dagen geleden door twee Brabanders gedaan. In twee uurtjes hing alles.
“Mooi hè?” vonden ze zelf. Wij knikten.
“Heel mooi.” zeiden we.
[Die avond hebben we alleen maar naar buiten gekeken en met de panelen gespeeld. Morgen maken we ’t geld over.]
Ik mis een koppelteken.
{Mowl: kort-lontje?}
Welnee. Ik begrijp alleen dat je taalkundige correcties erg kan waarderen 🙂
{Mowl: ’t zit je wel dwars, niet?}
Integendeel. Ik ben ontzettend blij dat je hier zoveel voldoening uit haalt.
{Mowl: gelukkig. Zolang je maar niet denkt dat taal voor mij ’n religie is.}
*
de link naar ’t mannetje verwijst naar hetzelde bericht .. een soort van looooop … niet best!
{Mowl: hij loopt toch niet vast, wel?}
Oh wacht (klik op foto)! Ik zie het nu! Wow erg mooi!
{Mowl: even zoeken, maar dan heb je ook wat.}
euh ik zie niks, de gordijnen hangen ervoor
{Mowl: klik d’r es op, dan.}
Schitterend!
{Mowl: blij dat je ’t kunt waarderen.}
Ademloos mooi!
{Mowl: nietwaar?}
mooi hoor
{Mowl: ja hè?}