“Heb je die vrouw op televisie gezien?”
De man keek verstoord op van zijn sudoko.
“Hè? Wat? Welke vrouw?” Hij probeerde niet eens zijn ergernis te verbergen.
“Nou, die vrouw met die bijna-dood-ervaring.” Zijn echtgenote lette niet op hem. “Die was bijna dood geweest.”
“Ja natuurlijk.” zei de man, “Anders heette het geen bijna-dood-ervaring.” Hij legde zijn pen neer. “Wat is daarmee?”
“Nou,” begon zijn echtgenote, “Zij kwam dus tot een hoger bewustzijn en ontdekte dat er geen tijd bestaat.”
De man nam de pen weer op.
“Ja en?” zei hij. Zijn echtgenote pakte een spiegeltje uit haar handtas.
“Het lijkt me wel wat.” zei ze terwijl ze er een blik in wierp.
[Televisie is ooit bedoeld om het volk te verheffen. Haar taak is nog niet volbracht.]
Als ik een bijna-dood-ervaring wil, kijk ik naar SBS.
{Mowl: het coma-kanaal.}
Zij die wel verheven zijn vindt je (als je goed zoekt) op het internet
{Mowl: of in de videotheek.}
No time , no talent, Truuti.
Not necessarily in that order.
Possum.
{Mowl: dan maak je maar tijd.}
Hihi Possum;
You should start writing too!!
En Mowl; prachtig weer hoor!
{Mowl: ik ben het helemaal met je eens.}
When I look in the mirror in the morning
time goes backwards.
Most of the time I see my mother.
After a sleepless night, I see my grandma.
Possum.
{Mowl: de spiegel op de badkamer beslaat gelukkig snel..}