Ze hadden me al eens onderzoekend aangekeken, de twee vrouwen in de winkel. Ik was ze voorbijgelopen en had ze maar eens vriendelijk toegeknikt, wat me niet minder opgelaten liet voelen. Wat moesten ze van me?
Een winkelpad of wat verder kruisten onze boodschappenwegen elkaar weer. De kleinste en, zo te zien, oudste waagde het me aan te spreken.
“Pardon,” aarzelde ze, “ben jij niet Erik?” De beide vrouwen wachtten gespannen mijn antwoord af. Ik glimlachte opgelucht – dus dat was het!
“Nee.” zei ik. “Het spijt me.”
“Spijt?” wilde de langste en jongste weten. Ze glimlachte schuins.
“Ja.” zei ik. “Voor Erik. Die lijkt blijkbaar op mij.”
“Maar dat is anders helemaal niet erg.” haastte de oudste zich. Ze ontblootte daarbij haar tanden en draaide haar heupen.
Ik knikte vriendelijk voordat ik me uit de voeten maakte. Het compliment had ik in mijn net, maar de bijvangst baarde me schrik.
Waarmee je eigenlijk wilt zeggen dat Brrrr onvoldoende complimentjes uitdeelt?
{Mowl: Brrrr, jij, de wereld.}
Oh? Is dit niet de weblog van Erik?
{Mowl: nee, dat lijkt maar zo.}