|
“Egeltjes houden niet van afrikaantjes.” zei Brrrr bij ’t uitgetrokken bloemetje. “Had ik je dus maar wakker geschud.”
Ik had namelijk gesnurkt, die nacht. En niet ’n beetje ook. Brrrr was d’r wakker door geworden.
Maar ook door ’n ander geluid: gesnuffel en gerommel in de voortuin. Hij was opgestaan en had ’n deurstopper door ’t raam naar beneden gegooid — zonder effect: ’t gesnuffel en gerommel was gewoon doorgegaan.
“Ik dacht dat ’t misschien ’n bunzing was.” zeidie. “En ik wist niet of die misschien langs de muur omhoog ’t huis in zou kunnen klimmen.” Hij keek me aan. “En dat jouw gesnurk ‘m dan had tegengehouden.”
[Maar ’t was dus geen bunzing geweest, maar ’n egeltje. Dat las Brrrr tenminste af aan ’t tussen de frambozenstruik uitgetrokken bloemetje. Had ie dat geweten.]
Kijk
Wat is er gebeurd, Mowl? Vertrouw je je gasten niet meer? *Nieuwsgierig*
{Mowl: je was ’t slachtoffer van kortstondige vernieuwingsdrift.}
Maar je wilt toch ook niet dat er een egeltje door je slaapkamerraam naar binnen klimt? Strakke actie.
{Mowl: egeltjes klimmen niet; ze bang zijn op hun stekeltjes te vallen.}
Ik heb zo’n licht vermoeden, dat de egeltjes de afrikaantjes wel leuk vonden, maar de insecten eronder nog veel meer.
{Mowl: brute beesten.}
Zelfs egels discrimineren al.
{Mowl: dat zie je aan die kopjes al.}