|
Nat maakt nat en koud maakt koud. Kijk maar naar handdoeken.
Handdoeken kun je best vaker gebruiken, vind ik, voor ze de was in moeten. Dus hang ik ze, na gedane zaken, keurig aan ’n haakje te drogen. De eerstvolgende douchebeurt zoek ik dan allereerst de serviette du jour. En dan gebeurt d’r iets merkwaardigs.
Droog en droog blijken dan namelijk twee heel verschillende dingen te zijn. Droog hangt d’r namelijk vanaf hoe nat of jezelf bent. Heus.
’n Handdoek die redelijk droog aanvoelt voordat je ging douchen lijkt namelijk ineens kletsnat wanneer je zelf nog staat na te druppelen.
Want nat maakt nat.
[En in de winter is twintig graden kouder dan in de zomer. Koud maakt koud.]
Dus mijn mening is aanstellen. Ook prima.
{Mowl: hé, dat zegt Peer, hè — wij blijven vriendjes, toch?}
Ik begrijp het niet helemaal, maar ik neem meteen van je aan dat je gelijk hebt. En Christel moet zich niet aanstellen.
{Mowl: en ik vond mezelf nog wel zo duidelijk.}
Een handdoek twee keer gebruiken, gadver. Maar dat is mijn mening.
{Mowl: als je niet schoon vanonder de douche vandaan komt, ja.}
Gelukkig komt de lente er aan. Weg met de natheid en kou.
I’m so happy that you
cleared that up
for us mere mortals.
{Mowl: dit is essentieel spul, nietwaar?}