Duivekater

jacht
In de liefde wordt de jager het wild. Jacques Deval (1895-1972)

We keken toe hoe de kat de boom in was geklommen, zoals alleen katten dat kunnen: lenig, sierlijk en gespierd. Op ’n tak, even verderop zat ’n duif. We wisten — en eigenlijk zou de kat dat ook moeten hebben geweten — dat dit ’n zinloze missie was. De duif hield de kat in de gaten en zou gewoon op ’n andere, dunnere tak springen wanneer ’t roofdier te dichtbij zou komen.

De kat liet zich niet door realiteitsbesef tegenhouden. En dus gebeurde d’r wat wij al lang hadden voorzien: op ’t moment dat ie te dicht bij de duif kwam hupte de vogel op ’n dunnere, iets verderop gelegen tak. Om toe te kijken hoe de kat aarzelde of ie nog wel verder zou gaan. Die smekte verlekkerd.

[Wat voor de kat serieuze jacht was, leek voor de duif slechts vermaak.]

Standaard

Zeg het eens.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.