|
“Waar moet ik het morgen over hebben?” mijmerde ik in bed.
Voor het goede beeld: we hielden siësta. We houden graag siësta, als het even kan – het breekt de dag in tweeën, zodat je er dubbel zoveel aan hebt.
Op klaarlichte dag, kijkend naar rustig bewegende witte gordijnen, met Baps zacht zingend op de achtergrond. Even de ogen luiken.
Maar jullie zitten, zo niet in mijn gedachten, wel altijd in mijn hart. En ik leef voor jullie – dat is mijn opdracht, ook, nee: zelfs tijdens de siësta.
“Schrijf over wat je hebt gegeten.” gaapte Brrrr. “Of zoiets.”
“Getsie.” reageerde ik, “Denk je dat ik zo’n schrijver ben?”
“Geen idee.” mompelde hij. Zijn stem verried dat hij op het punt stond in slaap te vallen. Ik vouwde mijn handen achter mijn hoofd en probeerde iets te bedenken.
Maar er kwam niets.
[Mijn middagrust is verloren gegaan. Het is maar dat jullie het weten.]
en al helemaal liever geen badgayday!
{Mowl: no way.}
Beter een badlogday dan een badhairday?
{Mowl: ik heb altijd een badhairday.Of liever: een no-hairday.}
Het zal jou misschien niet echt troosten, maar ik vind die no hair of geschoren kopjes sexy!
{Mowl: is het ook. Soms.}
wat enorm lief en attent van je dat je je welverdiende en broodnodige middagdutje opoffert om ons te bekoren…
je bent een kanjer
{Mowl: het is een roeping.}
Een badlogday?
{Mowl: als ik erover schrijf niet meer, natuurlijk.}
Verloren gegaan, maar het heeft je wel een stukje opgeleverd. En ons weer wat leesplezier.
{Mowl: en dat is wat telt.}