
Wie jong is leeft een leven waarin de dood geen vaste stoel aan tafel heeft. Sterven overkomt anderen. Simon Carmiggelt
Het meisje aan het tafeltje naast me was – zo begreep ik – net teruggekeerd uit Parijs. Twee vrienden tegenover haar luisterden bijna eerbiedig naar haar relaas. Net als ik, trouwens.
“Het blijft ongelooflijk: ik zag hem elke dag en elke dag heb ik naast hem gezeten en met hem gewerkt – en dan bleek hij opeens een bom gelegd te hebben.”
Haar stem klonk ingehouden, bijna gecontroleerd emotieloos. Ze zat rechtop en vertelde haar verhaal rustig, waarbij ze haar vrienden bleef aankijken. Geen enkele keer sloeg ze haar ogen neer. Ik moest mijn best doen niet al te opvallend het gesprek af te luisteren.
De vrienden zwegen. Ook het meisje was even stil. Op het moment dat ze haar woorden hervatte kwamen vier jonge mensen binnen. Ze hadden plezier en maakten dat met veel rumoer duidelijk.
Hoe ongepast, dacht ik, om het verhaal van dit meisje voor mij zo onverstaanbaar te maken.
Prachtige laatste zin. Hard om moeten lachen.
Wat ontzettend mooi geschreven! Vraagt om meer.. 🙂
Geweldig verhaal Rene. Ik voel de spanning…