Vandaag wil ik het es hebben over Pim. Voor een zondag is dat altijd een makkelijk thema en de ervaring leert dat jullie dat wel net zo prettig vinden.
Pim is onze jongste. Hij gaat op zijn achterste pootjes staan om ons kopjes te kunnen geven en is liever dan je bij een kat voor mogelijk zou houden. Daarom waren we ook hoogst verbaasd, ja, bijna verontÂwaardigd, toen we de afgelopen weken tot twee keer toe hoorden refereren aan hem als ‘die ouwe kat’.
Oud? Pim?
Goed, hij is nu negen jaar en da’s – omgerekend in mensenjaren – toch al tegen de pensioengerechtigde leeftijd aan, maar het is nog een kwiek ding, hoor! Het is geen wildebras, okee, maar dat zegt toch niks over zijn jeugdige elan?
Pim is een poes die graag thuis blijft, bij ons, za’k maar zeggen. Hij is geen poezenpoes. Hij is meer van de mensen. Ja, nou en?
Om ‘m dan oud te noemen?
Tss.
[Vannacht droomde ik weers es van hem. Hij wandelde buiten door veertig centimeter dikke sneeuw met zijn beste kameraad, de sint-bernardshond. Samen bespraken ze de talmoed. Pim blijkt niet alleen gecastreerd, maar ook besneden.]
Dan hebben ze die oude hond van mijn pa nog niet gezien. Schattingen lopen uiteen van 15 tot 18 jaar (hondenjaren).
{Mowl: zo praat je niet over je vader!}
WIE NOEMDE HEM EEN OUDE KAT!!!!????? Belachelijk!
{Mowl: sst! Medewerkers van Fred – maar ze moeten hun werk nog afmaken.}
Hoezo vinden wij een gemakkelijk thema op zondag zo prettig?
Misschien willen wij juist op zondag alle ins en outs van het einde der tijden!
{Mowl: dat vergt nader onderzoek.}