Ik liep met collega C langs de balie. Ze snoof en stopte.
“O wat heerlijk weer.” genoot ze. “Ben jij dat?” Ze wachtte niet af en stak haar neus in mijn nek.
Alweer? dacht ik.
“Wat is het?” vroeg ze.
Ik noemde de merknaam van mijn eau de toilette. Collega R, die aan de balie zit, hoorde dat.
“Dat is de lievelingsgeur van Balkenende.” wist ze. “Jij ruikt naar Balkenende.” Collega C trok vol afgrijzen haar hoofd terug.
[Dat kwam aan. En de werkdag was nog maar net begonnen.]
Lastig om het voor iedereen ‘lekker te laten ruiken’.
Aangename geur is een subjectieve beleving die nooit
overdraagbaar is. Dat maakt het zo moeilijk om iets universeel
lekker te vinden. Dit is geen kritiek, maar een terloopse constatering.
Een filosofisch obstakel, dat nooit van plan is -voor wie dan ook-
het veld te ruimen.
Je moet er een neus voor hebben.
Gelukkig is er weinig gevaar dat je je haar zal laten knippen zoals Balkenende het zijne. (hoop ik toch 😉 )
{Mowl: als ik ’t al zou kunnen.}
Zolang je maar niet naar Donner ruikt 😉
En ja, ik ben ook benieuwd om welke geur het hier gaat.
{Mowl: vooruit dan — Euphoria for Men van Calvin Klein. Heeft ie aan ’t meisjesblad Yes verklapt. Maar hoe ruikt Donner dan?}
Ben nu wel nieuwsgierig geworden welk merk JP nu zo lekker vindt ruiken.
{Mowl: zal ik ’t zeggen?}
For every scent
there is a nose somewhere
to like it.
{Mowl: toch niet alle geuren?}
Als het maar lekker ruikt maakt het niet uit wie het nog meer gebruiken.
{Mowl: bij mij werkt dat niet zo.}
Voordat je collega R geloofde had je haar eerst eens moeten vragen hoe ze wist dat dit de lievelingsgeur van Balkenende was. De kans dat ze dat zat ter plekke zat te verzinnen was toch evengoed aanwezig? Dat was zelfs zeer waarschijnlijk.
{Mowl: collega R is niet zo’n type.}
Dat wordt een andere eau de toilette de volgende keer.
{Mowl: en betere research.}
Toch conservatief?
{Mowl: hohoho!}