Collega K was ten einde raad. Ze had dringend informatie nodig, maar haar cliënt was verhuisd uit Z.
“Heb je z’n telefoonnummer?” vroeg ik. K knikte. “Dan bel je toch even?”
Ze pakte het toestel en draaide het nummer. De telefoon ging over. Na enige tijd werd opgenomen. K stelde zich voor.
Aan de andere kant van de lijn was het wat rommelig. Een stem hoestte en sprak.
“Het spijt me dat ik u wakker bel.” zei K. Ik keek op mijn horloge. Twee uur. Wakker bellen? Door de hoorn klonk gerochel. K vervolgde onverstoord het gesprek. Na de benodigde informatie verkregen te hebben bedankte ze en legde neer.
Er daagde me iets.
“Waarheen is je cliënt eigenlijk verhuisd?” vroeg ik.
“Nieuw-Zeeland.” zei K. “Hoezo?”