Uitgegleden

Waar een weg naar beneden is, is ook een weg naar boven. Ruth Zwijgers

Bij het matje, onder aan de glijbaan stond een vrouw met haar beide armen gespreid.

“Mama!” riep het meisje dat naar beneden kwam geroetsjt. Ze reikte haar handen uit. De vrouw glimlachte.

“Dat had je niet gedacht hè!” zei de vrouw. Ze trok het meisje omhoog, dat zich om haar hals klemde en het hoofd tegen haar schouder aanduwde. Samen sloten ze hun ogen. Zo bleven ze even staan.

Dan wilde het meisje weg. Ze wurmde zich los uit de omhelzing en rende de trap van de glijbaan terug omhoog.

De vrouw bleef gewoon staan en keek het meisje na. Het zou vanzelf weer terugkeren.

Standaard

Faam

De prijs voor faam is het meest geïsoleerde waar men voor betaalt.

De prijs voor faam is het meest geïsoleerde waar men voor betaalt.

Voor de counter stond ik toen ik de ogen van de kassière zag rollen en haar naar de winkeldeur zag staren. De winkel was rustig op het moment en ik geraakte al enig tijd met de kassière aan de praat.
De kassière vroeg mij plots: “Meneer weet u wie dat is?”

“Ik heb geen flauw idee, maar jij zo te horen wel.” antwoordde ik.

“Dat is Patrick Kluivert!” zei de kassière met een overduidelijk verliefde blik en van die puppy-ogen die elk moment eruit konden springen.

“Ja inderdaad, nou je het zegt: het is hem.” antwoordde ik terwijl ik de kwijl van de kassière zag voorbij waaien. “Eén vraagje trouwens: wat zou Patrick Kluivert hier bij de Action doen?”

“Geen idee.” antwoordde ze snel met haar keel schrapend.

De zogeheten bekende persoon kwam steeds dichterbij en het bleek hem niet te zijn. “Het is hem niet.” fluisterde de kassière tegen me zodat de desbetreffende ons niet kon horen. “Ik mag toch dromen, zal vast geen bekend persoon zijn.” voegde ze toe.

“Ja zeker mag je dromen, het houdt je wel bezig.”

Standaard

Geloof mij niet

16340704555_9f3010d5df_o

Nee, geloof mij niet – wie zou mij geloven?
Mij, met die ballast op mijn rug?
Met het kwaad dat ik meedraag
En de bitterheid die ik kreeg?

Wie gelooft als ik vertel,
Als ik in jouw ogen kijk,
Je hart voel
Je ziel

Wie gelooft dat jij zo bent,
Zo mooi als ik nooit heb gezien
Dat als ik je voel, ik leef
En dat ik leef doordat je voelt

Geloof mij niet – waarom zou je me geloven?
Van je lach, hoe die komt rollen
Overdondert
Overwint

En je tranen, onze tranen
Dat ze komen uit een bron
Hellediep
Uitgedroogd

En al sta je zomaar voor me
En ik zie je en ik voel
En ik hoor en proef en weet
Ik zeg het niet

Ik zwijg

Want wie zou het geloven
Wat ik zelf amper aanvaard

Standaard

Onverwoestbaar

Een engelenhart gezondigd zal nooit baten tegenover de overwonnene.

Een engelenhart gezondigd zal nooit baten tegenover de overwonnene.

Geschreven door Rick Kewal.

Het mocht weer eens niet deren, waarschijnlijk lagen de sterren niet gewenst of hadden Mercurius en Venus elkaar niet gekruist door de anderzijdse weg. Het voelde alsof alles in één keer kwam en ik niet mocht gespaard worden door een troost, maar dat is het leven zeggen ze. Toch?

Het was niet veeleisend of een uiteindige dimensie wat ik reeds vroeg. De enige gedachtes die omsloegen waren dat ik het had gedaan en niemand anders. Zei hij geniepig.

“Het spijt me, het spijt me, hoe vaak moet ik smeken?” antwoordde ik spoedig terug.
Hij zweeg voor de zoveelste keer over de onbezonnen kleine dingen en ik verlangde naar dat kleinste antwoord. Waarom!

Dat terwijl ik me onverwoestbaar voelde en als een euforie weg zwoof van vreugd.

Standaard

Verwarring

De duivelskop aankijken verbant de achterdocht door de ogen.

De duivelskop aankijken verbant de achterdocht door de ogen.

Geschreven door Rick Kewal.

“Het komt door jou.” waren zijn woorden. “Door jou komt het dat ik alles kwijt ben geraakt.” waren zijn woorden voor de tweede maal. Met ogen van een verwijtende en het strenge gelaat keek hij mij aan dit keer.

De ruimte verloor zijn echo’s voor een seconde en het zwijgen sloeg op het noodlot.

Toen besloot ik terug te reageren. “Hoe kun je?” zei ik tegen hem, “Terwijl ik de drager ben. Ik ben ook alles kwijtgeraakt, denk je dat ik me niet verdrietig genoeg voel?” zei ik met een afvallend noot.

Onze gezichten keken lijnrecht naar elkaar, waardoor er een lineaire beweging ontstond.

De rust keerde desondanks terug, maar het gemis was niet het allerminst.

Standaard

Over & Uit

De vleugels verwerpen kan alleen bestegen worden door de dappere ziel.

De vleugels verwerpen kan alleen bestegen worden door de dappere ziel.

Geschreven door Rick Kewal.

Vanachter de bus waaide een telefoongesprek over dat ik waarschijnlijk niet had mogen horen, maar toch deed ik dit uit nieuwsgierigheid. “De wereld is klein vanbinnen,” zei de vrouw, waarna ze vervolgens herhaalde: “ik hoor geluiden, geruis en van die stemmen.”

“Het moet gewoon over zijn,” fluisterde de vrouw nogmaals op een manier zodat ik alleen en alleen ik dit kon horen. Alsof ze wist dat ik zat mee te luisteren.

Meermalen probeerde ik geniepig en vrij anoniem te zijn, maar dat mocht weer mislukken toen de vrouw me door middel van herhaling nauw in de gaten hield.

Ze keek meerdere keren om zich heen alsof ze een geest had gezien en haar gezicht begaf zich lijkbleek.

Toen het gesprek zich afsloot zei de vrouw: “Dit is wellicht de laatste keer.”

Standaard

Verbinding Verbroken

De duizend-en-één gezichten van het verbrokene kunnen zich alleen gaan vermenigvuldigen als elk deel zich opnieuw gaat regenereren.

Geschreven door Rick Kewal.

Vaag in de verte zag ik het. Tenminste, dat dacht ik. Ik had de ogen droog staan en de gedachte maakte scenes van zinnen die neerdaalden. Is het een vogel, is het een vliegtuig – nee het is een bekende, of toch niet. Ik zwaaide, maar aan de overkant werd er waarschijnlijk gemens-erger-je-niet, want de boodschap sloeg niet meteen over.

Er werd met de ogen getwinkeld en het zag er moeizaam uit. Natuurlijk was de boosdoener de airco. Langzaamaan besloot ik om nader te gaan en kwam ik steeds dichter bij het doelwit. Missie geslaagd dacht ik bij mijzelf.

Het was twee jaar geleden dat ik mijn oud-collega zag. ‘t Voelde aftastend alsof er een baby net geboren werd en ik de eerste astronaut zou worden die door het heelal ooit zou kunnen reizen. Kreeg een apart gevoel van binnen alsof ik aan het opstijgen was op weg naar de horizon of iets groters. De spanning was er ieder geval om te snijden, althans vanbinnen.

Het afscheid was al heel gauw erna en op een wederzien was geen ogenblik geduld.

Standaard

De marathon

De geniepigheid uit het universum is als de duivel vanbinnen.

De geniepigheid uit het universum is als de duivel vanbinnen.

Ges­chreven door Rick Kewal.

Blieb blieb deed het portaal van tegenover mij. Nog net had ik een glimp van een spektakel dat er voor mij gebeurde; moest het vizier eerst scherper stellen, want de bril mocht weer eens beslagen zijn.

Na het flink poetsen, poetsen en poetsen kwam er toch een vooruitzicht.
Wat de voorspellingen ook waren, bij dezen hadden ze het mooi mis.

Het leek wel op een marathon die werd uitgefinisht. Tot de nadere verbazing bleek het niet zo te zijn. Ging erop af met de volle moed, nervositeit en had de kraag gegrepen van het individu. Bleek het ten eerste een vrouw te zijn, van wie ik het eigenlijk niet had verwacht.

De finish was uitgelopen, maar moest er een melding van maken en de dievegge registreren.

Standaard

Conversatie

Ten dode opgeschreven door de pijniging van lijden is als akelig bedolven van verdriet.

Ten dode opgeschreven door de pijniging van lijden is als akelig bedolven van verdriet.

Geschreven door Rick Kewal.

Mijn hand verstrengeld naar de zijne.

Starend steeg de ontlading door de kamer van besef en blijdschap.

Ik ging op zoek naar contact met hem, maar de stilte blies de kamer in.
Het ooglid van hem viel open en ging weer dicht.

Toen ik zijn naam riep werd hij weer wakker en riep hij mijn naam voluit, ditmaal met een kracht in de stem.

Alsof het de laatste keer was.

Standaard

Vaaljaar

Als ’t keteltje
niet meer
fluit
is
’t vogeltje
d’r zeker uit.
E. Wolfs

“Ik dacht vanmorgen al dat het oudjaar was.” verklaarde de man. Het was geen blijmoedige boodschap, teikten zijn toon en blik. Het gerimpelde gezicht, de diepliggende ogen en de ongeschoren kin benadrukten de droefenis. Hij had me zonder enige aanleiding aangesproken, waardoor ik me gebeid voelde ook werkelijk naar hem te luisteren.

“Dat is mooi.” zei ik. Ik verwachtte een glimlach of zoiets, maar de man fronste alleen zijn wenkbrauwen maar.

“Dan heeft u nog zomaar een extra dag.” probeerde ik. “Dat is mooi.” De man kneep alleen zijn ogen een beetje extra dicht. “Toch?” Ik moest vertwijfeld zijn, dat ik dat zei.

De man was me niet behulpzaam — hij gromde.

“Een extra dag waar alles mis kan gaan.” wrantte hij.

[Het werd niks meer voor hem, dit jaar. Dat was duidelijk.]

Standaard